Ronalds ideeën

Welkom op mijn blog vol wetenschap, sport, kunst, cultuur, natuur en politiek. Stof die stemt tot nadenken en reflectie.

donderdag 31 oktober 2013

Het raadsel van de Kelly Family

Door iets wat gezegd werd op tv kwam de Kelly Family weer in mijn herinnering. Mijn gedachten gingen terug naar een TopPopclip uit 1979. Ik heb hem zojuist via het onvolprezen YouTube teruggezien. We zien een kneuterige huiskamer met een open haard en wat agrarisch gereedschap. Deze ruimte wordt betreden door een familie in keltische (Schotse of Ierse) klederdracht. Het is een grote familie met kinderen in alle leeftijdscategoriën, tot aan een baby in de armen van de moeder toe. De oudere kinderen bespelen een muziekinstrument, doorgaans een gitaar of een viool. Wat opvalt is de wat houterige plechtstatigheid waarmee het gezelschap optreedt. Die plechtstatigheid wordt versterkt door het dito intro.

Profetenbaard
Dan gaat de oudste zoon, een knaap van net twaalf jaar oud zingen. Het is een Keltisch aandoende melodie die onmiddellijk blijft hangen en eigenlijk bestaat uit twee regels die telkens herhaald worden, alleen in het midden komt er een variatie wanneer de rest van de familie meezingt. Het lied heet David's song, dus ik neem aan dat deze twaalfjarige snotneus David heet. David vraagt zich in het lied gezongen in Ierse of Schotse tongval af wie er met hem mee wil gaan, met hem zingen en met hem dansen door de hele wereld. Ter geruststelling vertelt hij er bij dat er geen enkele reden tot vrees is, want hij weet de weg. Vervolgens valt de hele familie in en laat weten dat zíj in ieder geval met hem mee zullen gaan, want ze hebben er alle vertrouwen in dat David de weg weet. Dan neemt vader (een gezette man met een profetenbaard die enigszins op mijn zwager lijkt) nog even het woord om in parlandostijl te laten weten alle hoop en vertrouwen in zijn zoon te stellen, daarbij plechtig aangekeken door zoonlief. David herhaalt zijn oproep nog een keer in het slotcouplet en de song is voorbij.

Indringende melodie
Dit nummer was een enorme hit in 1979. Het eigenaardige vind ik met terugwerkende kracht de wat Jezusachtige pretentie van deze twaalfjarige belhamel. Vooral in de regels: "Don't be afraid, I know the way. Gevolgd door de rest van de familie die beaamt dat hij de weg weet, nog bekrachtigd door de vader met de profetenbaard. Vreemd dat dit toen serieus werd genomen. Wanneer ik indertijd als twaalfjarige dergelijke teksten uitgekraamd zou hebben, zou mijn vader onmiddellijk gezegd  hebben: "Hé, doe eens normaal snotaap!" of teksten van gelijke strekking. Ik denk dat het succes van dit nummer bovenal lag in die indringende melodie die, als je hem eenmaal gehoord hebt zich dagenlang onwrikbaar vastzet in je muzikale geheugen. En het schattigheidsgehalte van de zanger en zijn broertjes en zusjes.

Op Wikipedia lees ik dat ze in Duitsland nog meer successen boekten en dat de moeder intussen is overleden. Hieronder kunt u de clip zien.

maandag 28 oktober 2013

In memoriam: Lou Reed en Velvet Underground

Midden jaren '70 kwamen mijn vrienden en ik regelmatig bij elkaar op onze slaapkamers in onze ouderlijke woningen waar we praatten en naar muziek luisterden onder het genot van frisdrank, ontbijtkoek en ander lekkers dat in die jaren in zwang was.
Op een zo'n avond was-ie daar opeens, een langspeelplaat in een zwarte hoes waarop een wazige foto van vier jongelui die enigszins verveeld op een bankstel zaten. De plaat had geen titel en zelfs geen volgnummer de enige aanduiding was de naam van de band: The Velvet Underground. Het was muziek die er meteen inhakte, de wat slome manier van zingen van zanger Lou Reed, soms bijgestaan door drummer Maureen Tucker, de laidback begeleiding van gitaren en drums. Het paste perfect bij de sfeer waarin wij toen verkeerden. Hoogtepunten waren het lome Candy says, het sensuele Some kinda love, het ironische Jesus, het mysterieuze Murder mystery en het snijdende After Hours, op een aangrijpend lieflijk, bijna kinderlijke wijze gezongen door Maureen Tucker. Het geheel was een bizar inkijkje in de zelfkant van het leven van seks, drugs en misdaad en het grootsteedse. Het bleek de derde lp van deze band te zijn. Na hun eerste plaat met Nico en hun tweede met het ruige Sister Ray. John Cale had de band al verlaten. De Velvets zouden nog een plaat maken. Daarna maakte Lou Reed een succesvolle solocarrière, maar voor mij blijft dat derde album nog altijd de meest aansprekende herinnering aan Velvet Underground en Lou Reed. Het hoort bij een bepalende periode uit mijn jeugd.

vrijdag 25 oktober 2013

Wat beweegt mensen?

Bij de vraag: wat beweegt mensen om te doen wat zij doen, zou je in eerste impuls komen tot twee hoofdmotieven. Een mens doet iets omdat hij (of zij) daar enig heil van verwacht of dat in ieder geval hoopt. Of zij (of hij) doet iets omdat deze persoon verwacht of hoopt daar enig onheil mee te voorkomen of te vermijden. Dus als je mensen iets ziet doen en je snapt niet waarom ze dit doen, zou je deze grondmotieven er op kunnen toepassen. Dus vraag je af: "welk heil verwacht hij of zij van deze daad, of welk onheil wil deze voorkomen?" Als het goed was dan zou beantwoording van die vragen een eenvoudig en afdoend verklaringsmodel kunnen vormen.

Helaas is het zo simpel niet. En dat is een belangrijke reden waarom deze wereld geen paradijs is en soms iets raadselachtigs in zich bergt. Wij zijn omringd door wezens waar we weinig of niets van begrijpen. En toch lopen we door een drukke stad alsof ons niets kan gebeuren.

maandag 21 oktober 2013

Wat is toch een kedelijn?

Toen ik vele jaren geleden nog een kind was, leerde ik op school diverse liederen. Eén daarvan verhaalde over een agrariër afkomstig uit Zwitserland. Aan zijn hand leidde hij een ezel. En op die ezel lag een doek. Daar ging hij mee naar een snijderke (kleermaker) toe. De boer verzocht dit snijderke uit die doek een kedelijn te maken. Enfin die kedelijn wordt gemaakt, maar valt uiteindelijk niet in de smaak. Onze Zwitserse vriend had een lijf gelijk een koe. De tekst van het lied wordt aan het eind van elke regel onderbroken door kreten als kadee kadolleke kada en labberdi labberda labberdonia. Kortom een gezellig Nederlands volksliedje, niks mis mee. Maar er is toch een probleem.

Heeft u enig idee wat een kedelijn is? Vreemd genoeg wordt dit lied door vele Nederlanders op zijn tijd gezongen zonder enig benul wat dit is. Ik wist het toen ik op de kleuterschool het lied leerde ook niet, maar dat vormde voor mij geen probleem. Ik stelde me zelf wel iets voor bij dat woord kedelijn. In mijn fantasie was het een soort cape-achtige mantel. Maar deze inbeelding was nergens op gebaseerd, behalve op de klank van het woord kedelijn. Zojuist legde ik de vraag wat een kedelijn is voor aan Google. Daar kwam men via Petra van Boevere op een middeleeuws bovenkleed dat men boven een wambuis aantrekt. Eerlijk gezegd roept deze omschrijving geen beelden bij mij op. Buiten dat lied van die Zwitserse boer duikt het woord kedelijn ook nergens op. Ook woordenboeken kennen het woord niet, althans niet online. Gelukkig heb ik als kind nooit aan mijn opvoeders gevraagd wat kedelijn is. Zij zouden mij het antwoord schuldig moeten blijven en dat heb ik ze bespaard. Hieronder kunt u het lied beluisteren.

vrijdag 18 oktober 2013

Over vrijheid

Wanneer mensen over vrijheid spreken dan doen zij dit vaak in termen van de vrijheid om dingen te doen. En dat is wellicht een beetje raar, want de vrijheid om dingen niet te doen is veel groter dan de vrijheid om dingen wel te doen. Wie iets wil doen loopt een grote kans vooraf te stuiten op allerlei belemmeringen. Iets niet doen, kan altijd zonder belemmeringen. Er zijn wel gevolgen. En soms zijn die gevolgen zelfs onaangenaam, maar  altijd achteraf. De vrijheid om iets niet te doen op zich wordt er niet door opgeheven.

Wat is kunst?

Afgelopen dinsdag zond de AVRO een documentaire uit over Marina Abramovic. Zij is een zogeheten performancekunstenaar. Ik heb dat programma niet bekeken, want het schijnt dat haar act, volgens een aankondiging in de VPRO-gids, bestaat  uit onder andere het kerven van pentagrammen in haar buik of het zichzelf toedienen van geselingen. En eerlijk gezegd zijn dat geen dingen die ik graag wil zien. En dan is niet kijken inderdaad een prima optie.

Maar diezelfde aankondiging meldde ook dat menigeen zich de vraag stelt of dit kerven en geselen nog wel kunst is. En dat is natuurlijk een onzinnige vraag. Wanneer mevrouw Abramovic met dat gekerf en gegesel de intentie heeft kunst voort te brengen, dan is hier sprake van kunst. Deze vaststelling doet natuurlijk geen uitspraak over onze waardering voor een en ander. U mag het helemaal niks vinden, of juist een uitgelezen uitdrukking van de menselijke relatie met zijn of haar lichamelijkheid. Maar in alle gevallen blijft het door deze performance-artiest gebodene kunst. Daar kan denk ik niets tegenop. Met andere woorden: kunst is alles dat is voortgebracht met de intentie kunst te zijn. De waardering van een en ander is een andere kwestie. U begrijpt uiteraard dat u hier kennis heeft genomen van een kunstwerk.

maandag 14 oktober 2013

Het nut van het nutteloze

"Iedereen kent het nut van het nuttige, maar niemand kent het nut van het nutteloze." Deze wijze woorden staan in de Zhuang Zi, de 'bijbel' van de Taoïsten. Ik denk dat het probleem is dat het eigenlijk heel moeilijk is om een goed onderscheid te maken tussen het 'nuttige' en het 'nutteloze'. Neem zelf de proef op de som en denk bij hetgeen je op dat moment doet: is dit nuttig, of  is dit nutteloos. Als je wat serieuzer bij deze vraag stil staat, kom je al gauw tot de ontdekking dat het antwoord wellicht minder voor de hand ligt dan je aanvankelijk dacht. Het nuttige van je handeling wordt bepaald door de mate waarin je het resultaat daarvan nuttig vindt (of dat je denkt dat de wereld dit nuttig vindt). Maar dat is altijd arbitrair.

dinsdag 8 oktober 2013

Niets opschrijven

Niets opschrijven
is iets anders dan zwijgen.
In het beste geval
is het denken in de lucht.

maandag 7 oktober 2013

Kunstgenot (2)

Veel hedendaagse kunstenaars gaan, vermoed ik, gebukt onder het idee dat ze geacht worden met hun werk iets te bedoelen. Dat is een opgave waar niet iedereen tegen opgewassen is. Wanneer wij als samenleving er in zouden slagen deze kunstenaars te bevrijden van die gedachte, dan zou dat de kunstproductie wereldwijd zeer ten goede komen.

Kunstgenot

Veel hedendaagse kunstminnaars verwachten van een kunstwerk dat het aanleiding geeft tot de vraag: "wat bedoelde de maker hier mee." Terwijl het toch ook wel heel plezierig lijkt wanneer het duidelijk is wat de maker  hier bedoelde. Dan kun je namelijk van het werk genieten zonder afgeleid te worden door deze, wellicht niet al te relevante, vraag.

vrijdag 4 oktober 2013

Het wankele heden

De tijd wordt doorgaans verdeeld in drie delen: verleden, heden en toekomst. Van verleden en toekomst kunnen we zeggen dat die niet bestaan. Naar beiden kun je niet toegaan. Het verleden heeft bestaan, alleen heette het toen heden en de toekomst moet nog ontstaan (ik zeg expres niet komen, want dat zou betekenen dat ze al ergens is in het absolute elders). Daar waar u op dit moment bent, daar is het verleden niet meer en de toekomst nog niet aanwezig. Van het verleden zijn sporen aanwezig in de vorm van dingen, herinneringen, documenten, teksten enzovoort. Maar we kunnen het verleden daaruit slechts gebrekkig reconstrueren, want we moeten veel van die sporen met elkaar in verband brengen om ze in een correcte context te plaatsen en we weten nooit zeker of die context wel de juiste is. Het geheugen is wel het laatste waar we op kunnen vertrouwen. Maar bestaan in de zin dat ze tastbaar ergens aanwezig is, doet het verleden niet.

De toekomst bestaat ook niet. Want ook daar kunnen we niet naar toe. Zodra je daar bent, waar je zo-even nog dacht dat  de toekomst is, dan is dat de toekomst niet meer, maar het heden. De toekomst is een zwart ondoordringbaar niets dat vorm krijgt zodra ze heden wordt. En wat er uit dat grote niets tevoorschijn komt kan niemand weten. Wij zijn voortdurend bezig in een onbekende hoedanigheid te glijden die de meest uiteenlopende verrassingen in zich bergt. En het vreemde is dat wij dit doorgaans doen zonder vrees. Ja zelfs mensen die de straat nog niet op durven, laten zich onbekommerd in de toekomst glijden waar alles gebeuren kan tot de dood aan toe.

 En dat alles vanuit het enige in de tijd dat bestaat: het heden. Maar het heden is zo klein. Wanneer u 'heden' zegt dan is nog voor u de h heeft uitgesproken dat heden waar u het oorspronkelijk over had alweer voorbij en is zij verleden geworden. U bevindt zich dus op een flinterdun punt tussen een niet-bestaand verleden en een toekomst die nog vorm moet krijgen, een onbekende waar we steeds weer inglijden of we nu willen of niet.